Heb ook jij recht op een ‘knelpuntpremie’?

Als je niet aan het werk bent en een opleiding gaat volgen voor een knelpuntberoep kan je in Vlaanderen voortaan wel eens recht hebben op een zogenaamde knelpuntpremie. Wanneer is dat juist het geval en op welk bedrag kan je dan precies aanspraak maken?

Wie kan het vragen?

Om een knelpuntpremie te kunnen vragen moet je aan een aantal voorwaarden voldoen. Vooreerst moet je tussen de 15 en 64 jaar oud zijn.  Je mag bovendien niet aan het werk zijn en geen werkloosheidsuitkering, ziekte- of invaliditeitsuitkering, leefloon of rustpensioen ontvangen. Verder mag je de laatste twee jaar in totaal niet meer dan 90 dagen gewerkt hebben (en dit als werknemer of als zelfstandige) en in dezelfde periode van twee jaar mag je tevens geen studie succesvol voltooid hebben als leerplichtige. Bovendien is ook vereist dat je minstens twee jaar uitgeschreven bent uit het secundair onderwijs en dat je bent ingeschreven bij de VDAB als werkzoekende. 

Welke opleidingen?

Om zo’n premie te kunnen bekomen moet je een opleiding volgen voor een knelpuntberoep.  Het moet daarbij gaan om een erkende en langdurige opleiding. Het gaat daarbij om opleidingen die minstens drie maanden duren.   Een lijst van opleidingen die hiervoor in aanmerking komen vind je terug op de website van de VDAB (Overzicht opleidingen knelpuntpremie | VDAB).  Komt de opleiding niet voor in de lijst, dan geeft deze geen recht op de knelpuntpremie. Het moet bovendien gaan om een opleiding die start tussen 1 september 2023 en 31 oktober 2024. Nadien zal de maatregel geëvalueerd worden.

Hoeveel?

Het bedrag dat je bij wege van deze premie kan krijgen kan oplopen tot 3.250 euro.  Het gaat wel om een brutobedrag waarop belastingen verschuldigd zijn. Je ontvangt daarbij 750 euro bij de start van de opleiding, 1.000 euro als je slaagt voor de opleiding en 1.500 euro als je binnen de vier maanden na het einde van de opleiding minstens 28 dagen hebt gewerkt.

Jan Roodhooft, advocaat