Mag je een concurrerende activiteit voorbereiden tijdens je arbeidsovereenkomst?

Tijdens je arbeidsovereenkomst mag je je werkgever niet beconcurreren. Maar mag je al een concurrerende activiteit (die je na het einde van je tewerkstelling wil doen) beginnen voorbereiden? Een arrest van het arbeidshof in Bergen verduidelijkt wat je rechten zijn.

Wat was er gebeurd?

Een werknemer werkte al enkele jaren bij een bedrijf. Zijn taak bestond er vooral in de communicatie te doen via internet en multimedia. In de loop van de tewerkstelling registreerde de werknemer een domeinnaam voor een firma die concurrerend zou zijn aan die van zijn werkgever. Hij zette eveneens een wachtpagina online. Toen de werkgever dit vaststelde, plaatste hij de werknemer voor de keuze om de arbeidsovereenkomst in onderling overleg te beëindigen dan wel te worden ontslagen om een dringende reden. De werknemer wilde niet weten van een onderling akkoord waarna de werkgever de werknemer ontsloeg om dringende reden. Hij meende dat er sprake was van verboden concurrentie.

Wat besliste het hof?

Volgens het arbeidshof is het een werknemer niet toegelaten om in de loop van de arbeidsovereenkomst zijn werkgever concurrentie aan te doen. Voorbereidende handelingen om later een concurrerende activiteit te beginnen, kunnen integendeel wel. Het registreren van een domeinnaam en het plaatsen van een wachtpagina op internet zijn zo’n voorbereidende handelingen. Zij zijn volgens het arbeidshof wel toegelaten. Volgens het hof werd de werknemer dan ook ten onrechte ontslagen om een dringende reden. De werkgever werd verplicht om aan de werknemer een verbrekingsvergoeding te betalen.

Wat te onthouden?

Als werknemer mag je tijdens je arbeidsovereenkomst je werkgever geen concurrentie aandoen. Dit geldt zelfs als er in de arbeidsovereenkomst geen verbod op dit vlak staat. Doe je dit toch dan kan je werkgever je ontslaan om een dringende reden. Je werkgever kan je integendeel niet verbieden om tijdens je tewerkstelling al handelingen te stellen die louter voorbereidend zijn voor een latere concurrerende activiteit.

Jan Roodhooft, advocaat

Bron: Arbeidshof Bergen, 22 december 2015, juridat