Zo hou je een prikkelende presentatie

Of het nu om de laatste kwartaalcijfers gaat of om een nieuw project waaraan je werkt – ooit komt het moment dat je een presentatie moet geven. Hoe zorg je ervoor dat je publiek niet in slaap valt?

Joris Celis geeft workshops over spreken in het openbaar. In het nieuwe boek ‘Schrijven. Leer de knepen van het vak’ (Davidsfonds) legt hij de geheimen bloot van een prikkelende presentatie.

– Je moet de kern van je presentatie krachtig kunnen formuleren in één zin. Waarom komen die mensen naar mij luisteren? Leef je zo goed mogelijk in je publiek in.

– Een geslaagde opener trekt meteen de aandacht. Je vertelt bijvoorbeeld een persoonlijke anekdote die ook het probleem scherpstelt. Het vervolg van de presentatie is de oplossing van het probleem.

– Breng na je opener onmiddellijk de kernboodschap. Je wacht daarmee beter niet tot het einde van je verhaal, anders heeft je publiek misschien al afgehaakt.

– Besef dat de mensen níet even goed op de hoogte zijn van het onderwerp als jijzelf. Gebruik daarom dezelfde taal als wanneer je met je vrienden praat. Vermijd vakjargon en leg elk begrip goed uit.

– Je kan spanning in je presentatie brengen door soms al even vooruit te lopen op wat komen zal.

– Creëer ook afwisseling door vragen te stellen aan het publiek. Leer ze iets wat ze nog niet wisten.

– Te veel tekst op je slides leidt de aandacht af van wat je aan het vertellen bent. Vijf lijnen tekst per slide zijn meer dan voldoende.

– Vooraf oefenen is belangrijk. Pas als je je presentatie tenminste één keer luidop hebt gezegd, ben je zeker dat je timing klopt en je verhaal een mooie spanningsboog heeft.

– Sommige mensen hebben voldoende aan enkele trefwoorden als houvast voor hun presentatie, anderen schrijven de tekst liever volledig uit. Kies voor wat jou het beste ligt.

– Ga er altijd van uit dat je minder tijd zult hebben dan voorzien. Niemand zal erover komen klagen dat een presentatie korter was dan afgesproken.

– Presenteren is een act. Een goed verhaal is belangrijk, maar hoe je het vertelt is nog meer van tel. Let op je intonatie en spreek luid genoeg.

– Sommige ‘beroepssprekers’ schrijven voor zichzelf ook regieaanwijzingen op. Waar moeten ze een pauze inlassen, wanneer stappen ze naar het publiek toe, hoe bewegen ze over het podium?

– Goed afsluiten is even belangrijk als goed van start gaan. Als je erin slaagt de cirkel van je verhaal rond te maken, zal de inhoud ervan beter blijven hangen. Je kan bijvoorbeeld een nieuwe draai geven aan de anekdote waarmee je begonnen bent.

Gerlinde De Bruycker

Bron: Schrijven. Leer de knepen van het vak, Davidsfonds, 300 p., 29,99 euro